Foto: M. Jansen.
|
|
|
| Auteur: |
Roes C.-Heesakkers 2000 NL |
| Zaadgever: |
WALZ Mandoline |
| Stuifmeelgever: |
Gruss aus dem Bodenthal x Rohees Alrami |
| NKvF nummer: |
4636 |
| AFS nummer: |
4408 |
| Bloem: |
dubbel, hangend aan een stevige neutrale steel, roodpaars/paarsrood, 39mm. |
| Bloembuis: |
koker, doorsnede kantig, roodpaars 60B, 15x10mm. |
| Kelkbladen: |
stand half omlaag, symmetrie vierzijdig, top omhoog,
doorsnede bol, topmaat klein en lichtgroen 152C, kleur buitenkant
roodpaars 60B, binnenkant roodpaars 60D, 27x13mm. |
| Kroonbladen: |
normaal gevormde kroon, onderaanzicht rond, kwart
uitstaand, de 6 hoofd kroonbladen 23x23mm, en de ca. 14 overige
kroonbladen 20x22-12x6mm, zijn normaal gevormd met een puntje en zijn
geplooid, kleur geheel roodpaars 61A, zweem grijzig. |
| Helmdraad: |
roze, 4 lange en 4 korte meeldraden, 26-23mm. |
| Helmknop: |
crème. |
| Stuifmeel: |
ontbrekend. |
| Stijl: |
aubergine, 58mm. |
| Stempel: |
crème, gelobd. |
| Bloei: |
normaal. |
| Bloeitijd: |
normaal. |
| Knop: |
langwerpig, punt zijwaarts, doorsnede kantig, okselstandig
1 knop per bladoksel, top opent normaal. |
| Bes: |
geen gegevens. |
| Blad: |
ellipsvorm, top spits voet afgerond, rand licht getand,
uiterlijk mat, glad en vlak, nerven gelijk, kleur bovenzijde
middelgroen, onderzijde, zijnerven, hoofdnerf en bladsteel lichtgroen. |
| Groeiwijze: |
opgaand. |
| Kweekwijze: |
struik voor in de schaduw, beste kleur in de halfschaduw. |
| Bijzonderheden: |
als er goed getopt wordt, kan deze cultivar tot een mooie
plant uitgroeien. |